Review: Pac-Man Rally

Gameplay

Gamemodi

In Pac-Man World Rally heb je de keuze tussen vier gamemodes: Circuit Mode, Quick Race, Time Trial en Battle.

Circuit Mode

Dit is de belangrijkste gamemodus van het spel. In dit onderdeel moet je per moeilijkheidsgraad vijf cups rijden. De ‘Cherry Cup’, de ‘Grape Cup’, de ‘Watermelon Cup’, de ‘Classic Cup’ en als afsluiter de ‘Rally Cup’, waarin van de vijftien tracks telkens één rondje wordt gereden. Als je alle vijf de cups hebt uitgereden op de gekozen moeilijkheidsgraad, unlock je een aardigheidje. Rijd je de cups uit op ‘hard difficulty’, dan unlock je de ‘nightmare difficulty’, waarbij, vreemd genoeg, niets meer te unlocken valt.

Quick Race

Hierbij kun je, zoals de naam doet vermoeden, snel een spelletje racen. Je hebt hierbij de keuze tussen alle characters en alle circuits.

Time Trial

In mijn ogen de meest mislukte gamemodus van het spel. Hier is totaal niets leuks aan, omdat standaard in het spel nog geen beste tijden staan. Wat heb je er dan aan om jezelf bovenin te rangschikking te zien staan…als enige?

Battle

Voor deze gamemodus heeft Namco waarschijnlijk zijn inspiratie gehaald bij Ratchet & Clank of misschien wel eerder bij Twisted Metal Black. Helaas kan ook deze mode geen potten breken, daarvoor is het aantal wapens te beperkt.

De Characters

Voor elke race heb je de keuze tussen vijftien characters, die allemaal iets te maken hebben met Pac-Man of een ander Namco spel. Deze characters zijn de hele Pac-familie: Ms. Pac-Man, Jr. Pac-Man, Pac-Man en zijn duistere alter ego Pac-Devil. Daarnaast ook de vier spookjes: Het rode spookje Blinky, het blauwe spookje Inky, het roze spookje Pinky en het oranje spook Clyde (anti-climax…). Verder ook nog de gemene Toc-Man (Pac-Man World), Spooky (Pac-Man World 2), Erwin (Pac-Man World 3). En daarnaast de unlockable characters Fygar en Pooka uit de game ‘Dig Dug’ en The Prince of All worlds, een personage uit ‘Katamari Damacy’.


De auto’s zijn ook ingedeeld in drie categoriën: light, normal en heavy. Daarnaast heeft ook elk personage zijn eigen score op drie criteria: acceleratie, topsnelheid en wendbaarheid. Ms. Pac-Man is op deze drie het meest uitgebalanceerd en doet het ook het best in het powersliden, dus het overgrote deel van de game heb ik met dit personage doorkruist.

Het racen

Na het kiezen van je moeilijkheidsgraad, track en personage kun je aan de slag. Het is, zoals het een racegame betaamt, de bedoeling als eerste over de finish te komen. Toch komt bij de game iets meer kijken dan alleen bochten nemen.

Allereerst ligt de hele track bezaaid met blauwe en groene ‘Pac-Boxes’. Pik je zo’n blauw bonusdoosje op, dan krijgt je wagentje één van de zeven beschikbare wapens ter beschikking. Eet je een groen doosje op, dan krijg je meteen drie (dezelfde) wapens ter beschikking. Deze wapens dienen om de vijand tijdelijk uit te schakelen, van de weg te helpen, danig te doen vertragen of jezelf een boost te geven. Er zijn ook nog vier extra, meer krachtige, wapens unlockbaar.


Verder liggen op de track ook nog ‘Power Pellets’, rijd je over deze pellets heen, dan worden op de track de bekende ‘Pac-Dots’ verspreid. Wanneer je een aantal van deze bolletjes in ware Pac-Man stijl hebt verzameld, krijg je de optie om je kart te veranderen in een allesvretende ‘Pac-Mobile’, die dan ook de andere tegenstanders kan opvreten. Retro troef!

Een andere feature op de track zijn de zogenaamde ‘Fruit Keys’. Rijd je over deze fruitsleutels heen, dan verschijnt er fruit op de track. Het fruit dat je dan hebt opgenomen met je wagentje, kan gebruikt worden om de deuren van alternatieve routes te openen.


Als laatste hebben de makers van Pac-Man World Rally ook ontrack voor moeilijkheden gezorgd. Dit kunnen bijvoorbeeld spoken zijn die je doen tollen als je ze raakt, voorbijglijdende pinguins, alles-platdrukkende Katamari ballen, zaagbladen of zelfs speren.


Het is ook mogelijk in de game om je bochten in ware ‘Tokyo Drift’-stijl (overdrijven is ook een vak) te nemen. Met de R1-toets en de gewenste richting activeer je een ‘Power Slide’, die afhankelijk van de duur ervan, beloond wordt met een boost. Er is ook nog een tweede beloning. Terwijl je een ‘Power Slide’ uitvoert, vult er zich een metertje. Is dit metertje vol, dan krijg je de optie om je van een ‘Guardian Angel’ of ‘Guardian Devil’, afhankelijk van je character, te voorzien. Deze beschermt je tegen de wapens van je tegenstander.

Het vechten

Binnen de ‘Battle Mode’ heb je de keuze tussen vijf types:

• Deathmatch: de meest klassieke vorm, verdien als eerst het aantal ingestelde punten.
• Free For All: probeer binnen het ingestelde tijdsbestek zoveel mogelijk vijanden te ‘doden’.
• Last Kart Driving: wie het langste overleeft wint.
• Binge: verzamel zo veel mogelijk fruit en verhinder je tegenstanders hetzelfde te doen
• Classic: verzamel in ware retrostijl om ter meest Pac-Dots, wie het meeste Dots heeft wint, de game stopt als alle Pac-Dots op zijn.

Zoals ik al eerder in deze review aanhaalde, kan deze modus geen potten breken. De acht beschikbare wapens zijn daarvoor niet leuk genoeg.

Nog wat algemene zaken…

De controls zitten goed en voelen intuïtief aan, zeker een belangrijk punt als het om games voor kinderen gaat. Toch mis ik nog de optie om in Battle Modus de camera te kunnen draaien, ik mis overzicht. Het zwakste punt in deze game is overduidelijk de moeilijkheidsgraad, die is naar mijn mening gewoon véél te laag. De game wordt nooit ofte nooit een echte uitdaging…ook het verschil tussen de vier moeilijkheidsgraden is nauwelijks voelbaar, iets wat gelukkig wel zo is met de verschillen tussen karts. Wat mij dan misschien wel het meest stoorde was het ontbreken van enig snelheidsgevoel, de snelheid die je haalt bij het uitvoeren van een boost had gerust de standaardsnelheid mogen zijn, maar misschien is dat nét wat te persoonlijk.