De Duitse regering maakt zich zorgen over de kosten van het Europese IRIS²-sattelietsysteem en wil het programma uitstellen. Ook komen de Duitsers met aanvullende eisen en wensen die met name gaan over de veronderstelde dominantie van de Fransen in het project.
Die hangen volgens Berlijn onevenredig aan het stuur als het gaat om de verdeling van de lucratieve contracten die met de lancering van de Starlink-tegenhanger gemoeid zijn.
De Franse Eurocommissaris Thierry Breton beschuldigt de Duitsers in een brief ervan politieke druk uit te oefenen op EU-medewerkers die over de aanbestedingen gaan. Dat meldt Politico. De brief is gericht aan de Duitse minister Habeck. Die is vice-kanselier in het kabinet-Scholz en minister van Economische Zaken en Klimaat.
Te hard van stapel
De brief van Breton (die de Interne Markt in zijn portefeuille heeft) komt als reactie op een eerder bericht van Habeck aan de Eurocommissaris. Die vond dat Breton te hard van stapel liep en noemde de plannen met IRIS² ‘onvolwassen’. Ook zou het geraamde kostenplaatje exorbitant zijn, 12 miljard euro. Overigens houdt de EU het zelf op de helft daarvan, zo’n 6 miljard euro.
De plannen hebben een karavaan aan tender- en aanbestedingsexperts aan het werk gezet, die zich door duizenden pagina’s aan contracten heen worstelen die zijn afgesloten met leden van het SpaceRise-consortium. Dit bestaat onder meer uit Europese luchtvaartmaatschappijen, telecombedrijven en satellietbouwers. De lancering van de satellieten gebeurt waarschijnlijk door de Ariane 6-raketten die de Franse bouwer Arianespace voor ESA bouwt, de Europese ruimtevaartorganisatie.
Politieke en militaire gevoeligheid
De Europese Commissie, bij monde van Breton, is mede daarom bepaald ‘not amused’ door de Duitse terughoudendheid, en stelt dat het te laat is om terug te krabbelen. De Duitse hakken in het zand wekken ook verbazing vanwege de politieke en militaire gevoeligheid van het project. Zowel Rusland als Oekraïne gebruiken de Amerikaanse, private tegenhanger Starlink in de oorlog tussen beide landen.
Vrij geparafraseerd luidde de vermaning van Beton dat het, zeker in tijden van oorlog en in voorbereiding op geopolitieke uitdagingen, een gemeenschappelijk belang zou moeten zijn dat Europa zélf kan voorzien in dergelijke kritieke infrastructuur. Verder riep hij Habeck op om verder af te zien van een dergelijke ‘onbetamelijke houding’.
Het programma draait om de bouw en uitrol van een Europees netwerk van communicatiesattelieten. De afkorting ‘IRIS²’ is kort voor Infrastructure for Resilience, Interconnectivity and Security by Satellite. Het plan was destijds een reactie op de vooruitgang van Rusland en China in de ruimtevaart, evenals initiatieven als Starlink van miljardair Elon Musk.
Minder afhankelijk maken
De EU wil met IRIS² de Europese ruimte- en communicatiesector stimuleren en de afhankelijkheid van niet-Europese leveranciers verminderen. IRIS² moet in 2027 operationeel zijn, is het plan. Dat zou tussen 2025 en 2027 moeten leiden tot de bouw en lancering van maximaal 170 low Earth orbit (LEO)-satellieten.
Een eigen satellietinternetsysteem biedt aanvullende netwerkondersteuning bij grote storingen en voorziet in verbindingen op plaatsen die niet door traditionele dienstverleners worden gedekt. Daarnaast kan het netwerk een deel van Afrika bestrijken om een alternatief te bieden voor Chinese concurrenten.
Eerdere poging mislukt
Een eerdere poging om iets dergelijks te bewerkstelligen was de Amerikaans-Europese tandem OneWeb, maar dat wist het benodigde kapitaal niet los te krijgen en ging in 2020 failliet. Na een doorstart is dit bedrijf als Eutelsat OneWeb grotendeels in handen van een Indiase multinational, met minderheidsbelangen voor de Britten en Fransen.
Het Europese Parlement en de Europese Raad (de vergadering van EU-regeringsleiders) stemden eind 2022 in met het IRIS²-plan. Eerder dat jaar werd het voorstel gepresenteerd door de Europese Commissie, het dagelijks bestuur van de EU.
Lees ook: EU bereikt akkoord over satellietinternetwerk van 6 miljard euro