De Noord-Europese landen bieden hun burgers de beste toegang tot de digitale wereld. Zweden en Denemarken zijn nummer één en twee. IJsland deelt de derde plaats met Zuid-Korea. En Noorwegen deelt de vijfde plaats met Nederland, Hong Kong, Finland en Taiwan. Dat concludeert de International Telecommunications Union (ITU) op basis van een nieuw ontworpen ranglijst: de Digital Access Index of DAI. Met deze index meet de ITU de toegankelijkheid van ICT voor burgers van de onderzochte landen.
Daartoe kijkt de ITU niet alleen naar technische grootheden als het aantal beschikbare telefoonlijnen, het aantal breedbandaansluitingen en de verspreiding van mobiele telefoons, maar ook naar de kosten van internettoegang en het kennisniveau van de bevolking. In totaal zijn voor 178 landen cijfers verzameld. De ITU heeft op grond van zijn DAI de landen verdeeld in vier categorieën. De indeling bevat eigenlijk geen verrassingen. West-Europa en de Noord-Amerikaanse landen voeren de ranglijst aan, en de lijst landen waar burgers nauwelijks toegang tot ICT hebben wordt bijna geheel gevuld door de Afrikaanse landen die ten zuiden van de Sahara liggen.