Variabelen
Een variabele kun je eigenlijk zien als een soort opbergmap. Je kan er van alles instoppen, variërend van een velletje papier met één woord erop, tot honderden vellen papier met een overzicht van alle leden van een website. Alles wat je erin stopt kan je ook weer terughalen, om bijvoorbeeld op het scherm te laten zien.Bovendien heb je verschillende typen variabelen. Zo heb je bijvoorbeeld een type string. Hierin kan je tekst opnemen. Een ander type is een integer. Hierin kan je alleen een getal opslaan. En zo zijn er nog een aantal andere typen variabele die verderop aan bod komen.
PHP gaat, zeker in vergelijking met andere programmeertalen, erg soepel om met types. Afhankelijk van de waarde die je een variabele geeft bepaalt PHP vanzelf wat voor type variabele het is. "Eigenlijk hoef je daar dus niks van te weten" is een veelgehoorde misvatting. Als je niets weet van typen variabelen kom je vroeg of laat een keer goed in de problemen. Ik ga je hier dan ook gewoon uitleggen wat voor types er zijn en hoe je onderscheid maakt tussen die types, zodat je beter begrijpt hoe het in elkaar steekt.

We geven je eerst een opsomming van de types, hieronder worden de meest belangrijke besproken.
De typen die we hier gaan bespreken en die het meest voorkomen, zijn: string, integer, float, boolean en een array. Object, resource en NULL laten we even achterwege omdat je hier als beginner nog niet heel veel mee te maken zal krijgen. Wellicht zal hier later een keer een artikel aan gewijd worden.

Een string wordt in de documentatie op PHP.net beschreven als een "serie karakters". Wat dit in de praktijk betekent is dat een string tekst bevat. In deze tekst kunnen ook getallen of speciale karakters voorkomen. Ter indicatie: alle tekst van de pagina die je nu zit te lezen komt uit een variabele van het type string.
Een string kan zoveel bevatten als je wil, er zijn geen echte limieten.

Deze twee typen hebben ik samen genomen omdat ze bijna hetzelfde zijn. Beiden zijn bedoeld om een getal in op te slaan. Het voornaamste verschil is dat een integer een heel getal, zonder decimaal moet zijn, en dat float juist een getal mét decimaal moet zijn.
Een tweede verschil is dat een getal in een integer niet groter mag zijn dan 2 miljard (32 bits unsigned). Een float kan wel grotere getallen aan, tot maximaal een 64 bits getal. Als je in PHP een getal groter dan 2 miljard in een integer variabele probeert te zetten zal PHP vanzelf de integer omzetten naar een float.
Let op: hoewel een float kommagetallen ondersteunt moet je de komma vervangen door een punt bij het invoeren van een getal. In Nederland is het decimale scheidingsteken een komma, maar in PHP is dit een punt.

Een boolean wordt vrij veel gebruikt, vooral om aan te geven of iets wel of niet gelukt is. Een boolean kan namelijk alleen TRUE of FALSE bevatten. Vaak worden true en false ook wel aangeduid met respectievelijk een 1 en een 0, net zoals een computer dit doet. In je scripts kun je beide manieren gebruiken.
Veel in PHP ingebouwde functie geven een boolean terug, afhankelijk van of de operatie is gelukt of niet.

Een array is iets ingewikkelder, maar wel erg handig. In een array kun je meerdere waarden onderbrengen, die allemaal met een eigen naam of getal (een zogeheten index) zijn op te zoeken. Je kan dit vergelijken met een opbergmap met daarin tabbladen. In dit geval is de opbergmap een array, en zijn de tabbladen de indexen.
Bovendien kan je ook nog eens arrays binnen arrays aanmaken. Je begrijpt misschien al wel dat het op deze manier erg makkelijk is om data op een gestructureerde manier op te slaan. Ik zal later nog wat praktijkvoorbeelden geven van het gebruik van array’s.

Een simpel voorbeeldje van het gebruik van een variabele:
PHP Code
1 | <?php $variabele = 'Lol!'; //Een simpele echt geeft al resultaat op het scherm: Lol! echo $variabele; ?> |
Een variabele begint altijd met een dollarteken ($), en daarna een zelfverzonnen naam. Probeer natuurlijk altijd logische namen te verzinnen voor variabelen, anders wordt het later lastig om nog te kunnen zien waar een variabele voor dient. De waarde geef je op na het = teken. Dus uiteindelijk zal $variabele in het voorbeeld de waarde Lol! bevatten. Dit is een voorbeeld van een string. Zoals je ziet vogelt PHP dit geheel zelf uit.
Een paar andere voorbeelden:
PHP Code
1 | <?php //Een simpele string $testString = ‘Dit is een test’; //Een integer $testInteger = 1337; $testInteger2 = 10 + 10; //de waarde is nu 20 //Een float $testFloat = 1.99 //let op de notatie met de punt, in plaats van de komma //Een Boolean $testBoolean = true; //waarde is true (ofwel 1) $testBoolean2 = false; //waarde is false (ofwel 0) $techzineIsCool = true; //waarde is true (ofwel 1) ?> |
Dit zou je een idee moeten geven hoe je met variabelen om kunt gaan. Ik heb bewust arrays nog even buiten beschouwing gelaten, omdat die iets meer uitleg vereisen.
PHP Code
1 | <?php //Een array met een aantal fruitsoorten $testArrayFruit = array('Bananen', 'Appels', 'Peren', 'Aardbeien'); /* Met behulp van de functie print_r($testArrayFruit) krijg je het volgende overzicht: Array ( [0] => Bananen [1] => Appels [2] => Peren [3] => Aardbeien ) */ echo $testArrayFruit; //dit geeft als resultaat “Array”, en werkt dus niet ?> |
Hierboven heb ik een array aangemaakt, gevuld met vier waarden en schematisch weergegeven hoe de inhoud van die array er uit ziet. Tussen de vierkante haakjes [] staat de index. Omdat we geen indexen hebben opgegeven begint PHP automatisch met nummeren vanaf 0. Let op: PHP begint bij 0, en niet bij 1.
Indexnummer 1 heeft dus als waarde Appels, terwijl indexnummer 3 als waarde Aardbeien heeft. Als je nou de waarde achter zo’n index wil laten zien op het scherm doe je dat als volgt:
PHP Code
1 |
Om dus een waarde uit een array te krijgen moet je de betreffende index meegeven tussen vierkante haakjes.
Als je meer voorbeelden en informatie wil over array’s raad ik je aan om pagina zes in deze tutorial door te lezen. Ook de tutorial Array’s in PHP is een aanrader. Deze laatste vereist echter wel basiskennis van PHP, dus als je dat nog niet hebt kan je beter eerst deze tutorial doorlezen en wat oefenen met PHP.

Een variabele kan je in principe elke naam geven die je wilt, maar er zijn wel een paar regels waar je je aan moet houden. Zo moet een naam beginnen met een underscore (_) of een letter. Je kan niet beginnen met een getal. Ook kan je in de naam van een variabele geen spaties gebruiken.
Iets wat ook erg belangrijk is: PHP is hoofdlettergevoelig wat betreft namen van variabelen. Dit is het beste te illustreren met een code voorbeeld.
PHP Code
1 |
Zorg dus dat je goed oplet met hoofdletters.
Table of contents
- 1. Introduction
- 2. Echo
- 3. Print
- 4. Variabelen
- 5. Voorgezette variabelen
- 6. Array
- 7. IF, ELSE, ELSEIF (Controlestructuren)
- 8. Includen
- 9. Commentaar
- 10. Tot slot