Als u een netwerk hebt, dan is het mogelijk om een andere computer uit te schakelen.
Dit doe je met verschillende codes. Je moet echter wel het administrator wachtwoord hebben om dit uit te voeren.
Ga naar Start—>Uitvoeren—>hier kun je de codes invoeren.
shutdown [-i | -l | -s | -r | -a] [-f] [-m computernaam] [-t xx] [-c "commentaar"] [-d upx:yy]
Betekenis:
-i: Opent de interface van het programma.
-|: Afmelden (kan niet gebruikt worden met de -m optie)
-s: Afsluiten
-r: Opnieuw opstarten
-a: Het afsluiten afbreken
-m computernaam: De computer waarop de actie moet worden uitgevoerd
-t xx: De computer met afsluiten in xx seconden
-c "commentaar": Commentaar bij het afsluiten (maximum 127 tekens)
-f: Forceert programma’s die nog openstaan tot afsluiten
-d [p]x:yy: De reden code voor het afsluiten
u: Gebruikerscode
p: Geplande afsluiting
xx: hoofd reden code (moet positief en kleiner zijn dan 256)
yy: tweede reden code (moet positief en kleiner zijn dan 65536)